Meer inhoud, meer betrokkenheid, meer kansen en een erfgoeddriehoek. Wim van der Maas blikt terug en vooruit.

Met de voor hem zo bekende energie nam Wim van der Maas in de lente van vorig jaar het voorzitterschap van ERM tijdelijk over. Nu, meer dan een jaar later, maken we de tussenstand op. Conclusie? Het gaat goed, maar we zijn er nog niet.

“Laat ik er maar mee beginnen, want het is voor mij het allerbelangrijkste: ERM is geen doel op zichzelf. Het is slechts een middel om kwaliteit te garanderen. Voor een betaalbare prijs. En ook om het kwaliteitsbesef bij organisaties kracht bij te zetten. Dat wordt nog wel eens vergeten”, zo steekt Wim van der Maas van wal.

Wim van der Maas: “ERM is geen doel op zichzelf, het is slechts een middel om kwaliteit te garanderen” - foto: ERM

“ERM is volwassen geworden, dat is een volgend gevoel dat ik heb. We zetten stappen vooruit en we zijn over de hele breedte een serieuze gesprekspartner. Het bestuur is voltallig en onze adviseurs schuiven elke bestuursvergadering aan. Het bestuur is na ons laatste gesprek, anderhalf jaar geleden, veel meer inhoudelijk betrokken geraakt. Er is op dat gebied echt een tand bijgezet. Dat is heel erg belangrijk, praten over de inhoud, want de kwaliteit is de kern van ERM. Dat is een kerntaak van het bestuur. Vervolgens is het aan de bestuursleden, die achtergronden hebben bij veel van de aanverwante organisaties, om als een ambassadeur die boodschap verder te vertellen. Op dat laatste onderdeel zie ik overigens nog ruimte tot verbetering. We moeten als bestuur echt die boodschap meer naar onze achterbannen meenemen.”

Intern
“Of het moeilijk was om al die nieuwe bestuursleden te vinden voor de zo gewenste versterking van het bestuur? Nee. Daarin merk ik ook dat ERM een bekende is. Mensen vinden het leuk om zich vrijwillig in te zetten voor ERM, want dat is het werk in het bestuur: vrijwillig”, aldus Van der Maas. Hij benadrukt daarnaast ook nog het belang van het andere orgaan dat ERM kent, het Centraal College van Deskundigen Restauratiekwaliteit. “Op het gebied van kennis echt onze ruggengraat, een pijler onder ERM en onmisbaar voor de kwaliteit van de richtlijnen.”

Niet alleen in het bestuur zijn grote stappen gezet. Christian Braak is als directeur nu iets meer dan twee jaar directeur van ERM. Volgens Wim van der Maas is dat goed te zien. “Alle lof voor Christian. Je ziet dat hij, als goede communicator, ERM weet in te vlechten in andere organisaties waardoor een nuttige kruisbestuiving ontstaat. Ook ontstaat door die vervlechting weer een grotere onderlinge betrokkenheid bij het werk van ERM. Het is een allemaal met elkaar verbonden.”

Nieuw kabinet
Ondertussen veranderde de wereld om ERM heen. In Den Haag kwam na lang onderhandelen een nieuwe kabinet. ERM liet meermaals krachtig van zich horen. Volgens Wim van der Maas komt dat omdat ERM van zichzelf geen politiek belang heeft. “We zijn onafhankelijk en we hebben dat vertrouwen om namens onze achterbannen een serieus en gewogen geluid te laten horen. Het zijn in dat opzicht onzekere tijden. Erfgoed komt – op het moment van spreken – in nog geen enkel akkoord voor en we weten niet wat dat voor de toekomst betekent. We hebben daarentegen goed contact met een aantal belangrijke Kamerfracties.”

“En ook met de ministeries is goed contact; niet alleen met Onderwijs, Cultuur en Wetenschap. Zo schoof recent nog een topambtenaar van Economische Zaken aan bij ons. We praten met hen over kwaliteit van ondernemerschap, het goed opleiden van ambachtsmensen en het aantrekkelijk maken van dat onderwijs. Maar we zien ook een rol voor ERM bij het oplossen van belangrijke problemen zoals de klimaatverandering en woningnood. Kloosters, hangars, kerken: het zijn vaak monumenten waar bijvoorbeeld ruimte is voor nieuwe woningen. Onbenutte ruimte. Wij kunnen vanuit kwaliteit daar een rol in vervullen.”

De driehoek
Waar ERM ook nog een rol te vervullen heeft is, wat Van der Maas noemt, de driehoek: ERM, Nationaal Restauratiefonds (NRF) en de Rijksdienst voor het Cultureel Erfgoed (RCE). “Kijk, ERM staat voor kwaliteit, de RCE voor kennis en het NRF voor financiering. Dat is een belangrijke driehoek. Hoe bereiken wij nu die eigenaren van al die monumenten? Ik denk dat we als driehoek daar met elkaar een nog belangrijkere rol in kunnen vervullen. Daar mag wat mij betreft wel gezamenlijk worden opgepakt en een tandje bij. Hoe borgen wij met zijn allen wat wij vanuit onze doelstellingen belangrijk vinden?”

Vooruitkijkend naar de komende anderhalf jaar zijn bovengenoemde zaken volgens Wim van der Maas de belangrijkste punten. “Daarnaast heb ik nog een aantal persoonlijke zaken die ik ook nog graag wil regelen. Zoals een differentiatie van tarieven voor certificering van kleine bedrijven. Daarmee kunnen we dat toegankelijker maken voor die bedrijven die het nu te duur vinden. Ook wil ik graag het RestauratorenRegister nog even noemen; ook een tak van ERM die niet bij iedereen zo bekend is. Dat register heeft de afgelopen maanden een grote groei doorgemaakt. Dat was de bedoeling, en het is goed dat het is gelukt. Daar ben ik blij mee.”

Daarmee zijn veel punten die Wim van der Maas anderhalf jaar geleden benoemde bij het overnemen van de voorzittershamer in gang gezet. De komende herfst brengt daarnaast voor ERM nog meer op het gebied van onderzoeken naar arbeidsmarkt en prijsvorming, en de bereidheid van opdrachtgevers om gekwalificeerde bedrijven in de arm te nemen. Maar daarover later meer.