Landgoed Huis Schouwenburg: verduurzaming met nieuwe én oude technieken

Landgoed Huis Schouwenburg foto: Fenneken Anneveld - van WeselLandgoed Huis Schouwenburg foto: Fenneken Anneveld - van Wesel

Een 20 meter lange en zes meter hoge binnenmuur die zorgt voor lage temperatuurverwarming, pelletkachels in de kelder en zonnecollectoren op het dak, maar ook opnieuw gespannen behang en hergebruik van oude luiken. Bij de restauratie van Huis Schouwenburg vinden oude en nieuwe technieken elkaar.

“Terwijl de mussen door de warmte van het dak vielen zaten wij binnen van de kou te bibberen”

- herinnert architect Fenneken Anneveld - van Wesel zich de eerste zomer

Samen met haar man, elektrotechnicus Pim Anneveld, kocht ze in 2008 het landhuis Schouwenburg in ‘t Harde. De woning, ooit eerst een boerderij en later diverse malen verbouwd en uitgebreid, wordt al genoemd in een document uit 1330.
Ruim honderd jaar was het in eigendom van de familie Van Sytzama. In 1976 verliet de laatste freule Van Sytzama Huis Schouwenburg. Na haar vertrek kwamen het landgoed en het huis in handen van het Geldersch Landschap, dat het huis verhuurde aan het Evangelisch Begeleidingscentrum voor de opvang van onder meer verslaafden. Aan het pand werd spaarzaam onderhoud verricht. Het centrum koos voor een praktische invulling, verdeelde her en der de fraaie kamers in kleine slaapvertrekken en verving het oude behang door gipsplaten. Nadat in 2002 het centrum vertrok werd het pand een tijdje verhuurd en verschillende jaren gedeeltelijk anti-kraak bewoond. ‘Alleen de kou trok er in en die was er bijna niet meer uit te krijgen’, vertelt Fenneken.

Een opknappertje gezocht

‘Nadat Pim met vervroegd pensioen ging zochten we samen naar een nieuwe uitdaging. We woonden in Den Haag, maar zochten naar een huis met veel ruimte eromheen. En een gebouw om op te knappen. We hebben van alles bekeken, van industriële panden tot kastelen. Na zeven jaar vonden we dit. Het was met recht wat je noemt een opknappertje. De bruidsluiers groeiden naar binnen, het leek wel het huis van Doornroosje. We konden de restauratie gelukkig betalen met hulp van monumentensubsidies, de Natuurschoonwet en fiscale voordelen’.
Alvorens de zwaar verwaarloosde historische buitenplaats te restaureren liet het echtpaar een bouwhistorisch onderzoek doen. Daar kwamen tal van verrassingen uit voort. Schitterende muurschilderingen bijvoorbeeld en plaatsen waar ooit ramen, deuren en een trap hebben gezeten.
‘We besloten om het rijksmonument niet helemaal in originele staat terug te brengen. Dan zou je er een glazen stolp overheen moeten plaatsen. Maar in een museumstuk kun je niet wonen. We zijn gaan restaureren om het huis weer naar moderne maatstaven bewoonbaar te maken. Zo blijft het de moeite waard om het ook in de toekomst te onderhouden’.

Zonnecollectoren

Het verwarmingssysteem van het huis draait op zonnecollectoren op het platte dak.
Foto Fenneken Anneveld - van Wesel

Binnenmuur verwarmt

De 20 meter lange en zes meter hoge binnenmuur die zorgt voor lage temperatuurverwarming
Foto Fenneken Anneveld - van Wesel

Oude radiatoren

Hergebruik is ook duurzaam
Foto Fenneken Anneveld - van Wesel

Authentiek ogende granitovloer

In de blauw geverfde keuken – ‘keukens werden vroeger blauw geschilderd omdat werd gedacht dat die kleur vliegen verjaagt. Dit blauw hebben we zelf uitgekozen, maar de blauwe tegelrandjes in de keuken zijn origineel’ – ligt een granito vloer die authentiek oogt. ‘Hij is nieuw en voorzien van vloerverwarming, want de oorspronkelijke vloer konden we niet behouden. De ijzeren balkjes, waarop de vloer was gelegd, waren gaan roesten. Om de 60 centimeter zat daardoor een barst’.
Voor de specialistische kennis op het gebied van restaureren lieten Fenneken en Pim zich adviseren door de gerenommeerde bouwhistoricus Leo Wevers. De kamers werden in hun originele staat hersteld. De lichtinval boven de trap werd door middel van twee solartubes, die het daglicht via een buis versterkt naar beneden brengen, teruggehaald en afgewerkt met een glazen kunstwerk.
Het verwarmingssysteem van het huis, ondergronds verbonden met het koetshuis, draait op zonnecollectoren op het platte dak. Daar is niets van te zien. Het systeem levert lage en hoge temperaturen af voor de verwarming en warm tapwater voor dagelijks gebruik en de badkamers. De collectoren worden ondersteund door twee cascade geschakelde pelletkachels in de kelder onder de woning. Het complex is aardgasloos gemaakt. In de muren, waaronder de 20 meter lange en zes meter hoge binnenmuur, is lage temperatuur wandverwarming aangebracht. ‘In september zetten we die aan, in de loop van het najaar is alles op temperatuur. In april gaat het weer uit. In feite gebruik je de warmtecapaciteit van de stenen van het hart van het huis’.

Beetje moeten drammen

Op plekken waar het niet anders kon zijn convectorputten aangebracht en (oude) radiatoren geplaatst voor hoge temperatuur. ‘Hergebruik is ook duurzaam’.

Op verschillende plaatsen is daarnaast vloerverwarming aangebracht. Voor de ingenieuze en energiezuinige oplossingen hebben Fenneken en Pim ‘een beetje moeten drammen bij de installateurs. Die durfden de goede werking van de installatie op voorhand niet te garanderen’.
Naast nieuwe technieken bleken ook oude oplossingen nog steeds goed toepasbaar. Bijvoorbeeld de gespannen behangen in verschillende kamers, zoals ze dat in de 19de eeuw deden. ‘Prima methode als een spouw voor de eensteensmuur, om de kou te weren. Eerst jute opspannen, daarna met nat papier, stevig papier en behangpapier eroverheen. De laag lucht erachter werkt isolerend’.
Wat ontbreekt is dubbel glas. ‘Het huis is zo lek als een mandje, dus alleen de ramen vervangen zou niets oplossen. En alles dichtsmeren evenmin, want isoleren betekent ook ventileren, anders krijg je schimmel en andere narigheden’. Binnenluiken, tochtdeuren aan de noordzijde en gevoerde gordijnen dragen nu bij aan het comfort. ‘En verder zijn de kozijnen van alle ramen, die nog allemaal functioneren zoals ooit bedacht, geïsoleerd met borsteltjes en rubbertjes. Het rendement is net zo hoog als dubbelglas’.
‘Wat belangrijk is, is te kijken naar de originele staat van alles. Want ook eeuwen geleden wilde men aangenaam wonen.’

Informatie over
groen erfgoed
Toezicht op
monumenten
Projectaanpak
restauratie
Richtlijnen
verduurzaming
Restauratoren
Register

Stichting Erkende Restauratiekwaliteit Monumentenzorg (ERM)
Bezoekadres: Utrechtseweg 12, Amersfoort. Postadres: Postbus 420, 2800 AK Gouda. Tel: 085 - 486 24 80