Jeroen van der Werf, Monumentenbezit: 'Richtlijnen vormen praktische bagage'
De richtlijnen die ik gebruik, die voor historisch metsel- en voegwerk en voor historisch groen, zijn heel praktisch, beschrijven bijvoorbeeld helder bepaalde schadefenomenen en dragen bij aan de goede contacten met de uitvoerende bedrijven’. Aldus Jeroen van der Werf, bouwkundig projectleider en bouwhistoricus bij Monumentenbezit.
Jeroen van der Werf – eigen foto
Vestingwerken Naarden
Jeroen van der Werf is binnen Monumentenbezit verantwoordelijk voor de organisatie van het onderhoud en beheer van de vestingwerken van Naarden. ‘Monumentenbezit’, vertelt hij, ‘is in 2014 opgericht om op te treden als landelijke beheerder voor monumenten en cultuurhistorisch belangrijke gebouwen. Wij zetten ons in voor het behoud van cultureel erfgoed door verwerving, restauratie en exploitatie. In januari 2016 werden wij eigenaar van de vestingwerken Naarden, een gigantisch complex. Voor het beheer en onderhoud van de vesting zijn drie uitvoeringsrichtlijnen voor mij heel waardevol, die voor Historisch metselwerk (URL 4003), Historisch voegwerk (URL 4006) en de Uitvoeringsrichtlijn Hovenierswerk historische tuinen en parken (URL 6010). Ze zijn door ons van toepassing verklaard en opgenomen in onze eigen werkomschrijvingen. Wij volgen namelijk niet de STABU-besteksystematiek’.
Aannemer
‘De richtlijnen zijn heel praktisch opgesteld, zijn prettig te lezen en vormen een deel van de bagage waarmee wij makkelijker met uitvoerende bedrijven kunnen sparren. Ik werkte hiervoor bij een architectenbureau en had toen veel te maken met NEN-normen. Die vormden taaie kost. De ERM-richtlijnen zijn goed om in hun geheel te lezen en maken het makkelijk bepaalde omschreven onderdelen gelijk beeldend voor de geest te halen’.
‘Ze maakten het ook mogelijk om voor het metselwerk tot een langdurige overeenkomst met een aannemer te komen. We hadden er verschillende uitgenodigd om te reageren op een door ons opgesteld werk- en visiedocument. Uiteindelijk hebben we gekozen voor Nico de Bont’.
De contracten voor het groenbeheer van het Rijksvastgoedbedrijf liepen net bij de overname van de vesting af. We hebben toen gekozen voor een langdurende samenwerking voor het groene erfgoed met één vaste partner: Debie en Verkuijl. Ook in de gesprekken met eerst Paul Verkuijl en later met Patricia Debie vormde de groene uitvoeringsrichtlijn een handzame ondersteuning.’